Het is in strijd met de Leerplichtwet om met uw kinderen op vakantie te gaan buiten de vakantieperioden die de school vaststelt. Wanneer het door uw beroep of dat van uw partner niet mogelijk is om tijdens de schoolvakanties met vakantie te gaan, kunt u bij de directeur van de school een verzoek indienen voor een vrijstelling of verlof, het zogenaamde ‘beroep op vrijstelling’.
Verlofaanvragen worden altijd individueel beoordeeld. Dien een aanvraag voor verlof zo spoedig mogelijk in bij de directeur van de school, bij voorkeur minimaal acht weken van tevoren.
Indien u verlof aanvraagt voor meer dan tien dagen per schooljaar, besluit de leerplichtambtenaar van de gemeente Leiden over de aanvraag. U moet de aanvraag indienen bij de directeur van de school van uw kind. De directeur legt deze dan voor aan de leerplichtambtenaar.
De directeur kan vragen om een werkgeversverklaring of eigen verklaring zelfstandige om uw aanvraag te kunnen beoordelen. De directeur van de school beslist of een leerling één keer per jaar maximaal tien schooldagen buiten de schoolvakanties op vakantie mag. Hiervoor gelden de volgende voorwaarden: het moet gaan om een gezinsvakantie; de vakantie kan niet worden opgenomen in een van de schoolvakanties vanwege de specifieke aard van het beroep van u of uw partner.
Met opzet wordt in de Leerplichtwet het meervoud 'schoolvakanties' gebruikt om duidelijk te maken dat de directeur alleen vrijstelling mag verlenen indien de ouders gedurende alle schoolvakanties verhinderd zijn om op vakantie te gaan; deze tien dagen vallen niet in de eerste twee weken na de zomervakantie.